Begroting 2021

Hoofdlijnen

Financiën

II. Financiën

De Programmabegroting 2021 is gebaseerd op het huidige financiële kader, bestaande uit de al door PS (of in mandaat) tot en met 1 juli 2020 vastgestelde begrotingswijzigingen. Vervolgens zijn de autonome ontwikkelingen, zoals effecten uit het voertuigenoverzicht MRB van april 2020 en enkele onontkoombare nieuwe ontwikkelingen in deze begroting verwerkt. Structurele mutaties vanuit het Coalitieakkoord 2019-2023 zijn verwerkt voor zover deze voldoende concreet zijn. De overige mutaties, en ook de incidentele mutaties uit het coalitieakkoord, zijn vooralsnog uitsluitend geoormerkt.
De wijzigingen ten opzichte van het vastgestelde financiële kader zijn in deze begroting van een toelichting voorzien. In deze programmabegroting wordt een sluitend (meerjaren-) beeld gepresenteerd.

Saldo lasten en baten per programma

Rekening 2019

Begroting 2020 na wijziging

Begroting 2021

Begroting 2022

Begroting 2023

Begroting 2024

1 Ruimtelijke ontwikkeling, wonen en water

8.276

13.559

10.447

7.809

7.793

7.793

2 Landbouw, visserij en natuur

13.149

24.572

20.304

17.157

16.328

13.843

3 Economie

5.826

12.130

11.745

8.627

5.047

4.995

4 Aantrekkelijk Flevoland & Krachtige Samenleving

8.848

9.580

9.011

8.777

8.671

8.630

5 Energie, duurzaamheid en milieu

9.082

9.810

7.341

7.080

6.723

6.723

6 Mobiliteit

54.967

61.188

54.563

56.505

58.910

59.831

7 Vernieuwend bestuur

-112.992

-130.840

-113.411

-105.955

-103.473

-101.817

Stortingen in reserves

85.170

98.043

84.814

76.088

70.173

53.540

Onttrekkingen aan reserves

-78.712

-112.347

-90.369

-75.830

-67.856

-49.569

x € 1.000

Autonome ontwikkelingen ten opzichte van het financieel kader zijn in deze begroting verwerkt, alsmede de structurele mutaties vanuit het Coalitieakkoord 2019-2023 die op dit moment reeds voldoende concreet zijn uitgewerkt. Naast deze effecten zijn bij het nader uitwerken van de Programmabegroting 2021 overige voor- en nadelige effecten ontstaan. Deze effecten zijn, conform de bestendige gedragslijn, eveneens verrekend met de stelpost 'Nieuw Beleid'. De resterende vrije ruimte is circa € 1,2 mln. in 2021. Onderstaand is het saldo van de stelpost 'Nieuw Beleid' weergegeven, inclusief de binnen deze stelpost nog aanwezige oormerken. Voor een detailoverzicht van de stelpost 'Nieuw Beleid' wordt verwezen naar tabel 1.11a (onderdeel IV Financiële begroting).

Begroting 2021

Begroting 2022

Begroting 2023

Begroting 2024

Eindsaldo stelpost Nieuw Beleid in begroting 2021            A

1.826

3.386

3.904

3.904

Waarvan geoormerkt:

A. Bestaande oormerken

285

334

284

334

B. Oormerken coalitieakkoord 2019-2023

2.285

2.258

3.258

3.258

Totaal nog geoormerkt                                                          B

2.543

2.592

3.542

3.592

Vrije ruimte stelpost Nieuw Beleid in begroting 2021   A -/- B

-717

794

362

312

 Begrotingssaldo                                                                       C

1.946

1.448

1.892

2.098

 Financieel kader  - vrije ruimte begroting 2021           A+B+C

1.229

2.241

2.254

2.409

x € 1.000

In onderdeel IV Financiële begroting is een toelichting op de mutaties in de stelpost 'Nieuw Beleid' opgenomen als ook een uiteenzetting van de financiële positie.

III. Weerstandsvermogen

De paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing geeft een overzicht van de belangrijkste risico’s van de provincie. Het risicoprofiel is in begroting 2021 (€ 10,4 mln.) toegenomen ten opzicht van die in de jaarrekening 2019 (€ 9,7 mln.). De weerstandscapaciteit is afgenomen van € 12,1 mln. naar € 7,5 mln. Deze daling wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door een besluit van Provinciale Staten om voor € 4,0 mln. een Corona-noodfonds te vormen. Per saldo bedraagt de weerstandsratio nu 0,7 (was 1,2). Deze bevindt zich daarmee onder de bandbreedte van 1,1 tot 2,0, zoals vastgelegd in de nota 'Risicomanagementbeleid 2017'.

Deze pagina is gebouwd op 10/28/2020 11:34:53 met de export van 10/12/2020 13:27:27